Santiago in zicht en dan ….

Het werd een onrustige en een korte nacht in het pension, in Spanje is er op vrijdag avond en zaterdagavond tot in de vroege uurtjes feest en dat heb ik geweten. Ook de temperatuur werkte niet mee, als je dacht te kunnen slapen zonder gebruik te maken van je vertrouwde slaapzak dan had je het mis. Je wordt wakker van de kou ondanks de dubbele beglazing en besluit de slaapzak dan toch maar te gebruiken. Om zes uur ben je alweer wakker voordat je wekkertje weer af gaat en binnen een korte tijd sta je weer gepakt en gezakt op straat en begin je aan een van de laatste etappes in de richting van Santiago. De eerste meters gaan moeizaam het lijkt net of dat je geen meter vooruit komt of wil je niet vooruit. Er passeert een pelgrim die je goeden morgen wenst in het Engels, aan de tongval hoor je dat het een landgenoot is, je wenst hem hetzelfde maar dan in je eigen taal. Zij stopt kijkt om en zegt; “Hoor ik het goed, u bent voor mij de eerste Nederlander in 14 dagen” Er ontstaat een vrolijk gesprek en de eerste kilometers worden zonder erg afgelegd. De route naar Arzúa het eindpunt van vandaag, gaat door vele glooiende dalen en over even zoveel hellingen, alleen je doet het nu makkelijker. Doordat je nu echt daalt heb je meer lucht gekregen en dat merk je tijdens het klimmen.

In de vroege middag kom je aan in Arzúa, een plaats met één lange hoofdstraat met de nodige zijstraten. De eerste herbergen aan het begin van het plaatsje hebben alweer het bordje “COMPLETO” aan de deur.

img_0686

Afbeelding 16 van 21

Kapelletje bij een begraafplaats

Dus het wordt vragen en zoeken, na enige kilometers te hebben gelopen wijst een Spanjaard mij de weg naar de Albergue Municipal. Deze ligt op de route bijna aan het einde van het dorp. Hier is plek op slaapzaal B, wat tot mijn grote verwondering een zaal is met allemaal éénpersoonsbedden en in het midden als opvulling twee stapelbedden. Ik krijg het tweede bed naast de deur aangewezen, een van de éénpersoons bedden. Een geluk bij een ongeluk, in plaats van het bekende bordje “completo/full”. De douches zijn helaas lauw maar dat is beter dan koud. Daar ik de laatste twee dagen niet goed heb kunnen wassen, stop ik al het vuile wasgoed in de machine en daarna in de droger, ik maak het me deze keer gemakkelijk. Daarna inkopen doen omdat ik geen zin heb om uit eten te gaan. Er is een keuken dus gaan we zelf iets klaarmaken, later kom ik helaas tot de ontdekking dat er geen pannetjes of iets dergelijks zijn om in te koken alleen de kookplaten die functioneren. Dus met enige vindingrijkheid wordt er een hapje warm gemaakt en gegeten. Daarna nog even rondkijken in het dorp en vroeg naar bed want voor morgen staat er nog een stevige wandeling in het boekje in de richting van O Pedrouzo de één na laatste stop voor Santiago. Deze zou volgens de beschrijving nog enige stevige klimmetjes hebben, dus het is beter om goed uitgerust te zijn voor morgen.

Na een goede nachtrust op tijd vertrokken maar eerst even op het plein in het dorp, bij de enige open zijnde bar een ontbijtje genuttigd nnet als vele anderen, het was er trouwens stampend vol. Hierna op pad door een fantastisch landschap van glooiende paden door het bos en de vele eucalyptus bomen. Wat deed denken aan de tocht naar O Cebreiro alleen deze keer dalend. Het zonnetje scheen volop dus het jack verdween al gauw weer in de rugzak. Je komt onderweg vele bekende gezichten tegen en al om wordt je gevraagd hoe het gaat of je vraagt hen hoe het gaat. Ook een regelmatige vraag is die van; “slaap jij ook in O Pedrouzo of loop je door tot in Santiago”. Ik weet het niet het is nog vroeg en nog niet eens middag. Vol vrolijkheid stap je verder door het grote en hoge bos waar de bloemen van de eucalyptus naar beneden dwarrelen. Maar opeens mis je mensen om je heen, toch geen verkeerde afslag genomen. Nee, honderd meter voor je zie je de bekende gele pijl “flecha” dus verkeerd lopen doe je niet, je volgt de route waardoor je ongemerkt om O Pedrouzo heenloopt. Wat nu, terug lopen of naar de volgende herberg. Het boekje zegt dat er nog een herberg komt dus gewoon doorlopen.

img_0692

Afbeelding 1 van 26

een van de vele wijde blikken

Alleen de weg wordt stiller, steiler en hij blijft stijgen en daalt. Opeens ga je door een tunneltje onder een autoweg door en links ervan is een herberg. Nou ja herberg, nee een drie sterren hotel. En dat was nou net niet de bedoeling, dus ik loop verder. Steeds hoger klimmend op het slingerende pad totdat je rechtsaf wordt geleid dalend over een recht pad en plotsklaps hoor je links van je het gebrul van een opstijgend vliegtuig. Je schrikt, je loopt op het pad naast het vliegveld van Santiago de Compostella. Verwondering en verbazing, want dit was niet de bedoeling om vandaag al in Santiago aan te komen. Je stopt, denkt na en besluit naar Monto do Gozo te gaan en dan de laatste kilometers voor morgen 27 mei over te laten. Om 4.00 uur ’s middags sta je bij de markerings steen van Santiago en dan besef je dat het bijna over is. Bij het eerste de beste restaurant hou ik halt en trakteer mezelf op een flinke borrel, een goed glas Soberano, voor de schrik en als beloning. Het duurt dan nog ruim twee uur voordat ik Monto do Gozo bereik, waar ik mezelf in laat schrijven. Ik draai me om en wil naar de mijn toegewezen slaapplek gaan en dan sta ik weer oog in oog met twee lieve oude bekenden Marlene en Tegen, en daarna nog een keer. Bij allen is de verbazing groot, we waren je kwijt, je liep toch ver achter ons waren enkele opmerkingen. Je verteld wat je is overkomen daarna is het douchen omkleden en bijpraten, ’s avonds met zijn allen eten maken in de keuken, wijntjes drinken en adressen uitwisselen. Want morgen sta je op en ga je naar Santiago, naar het plein voor de Kathedraal en in de euforie zou je het wel eens kunnen vergeten. Als het elf uur is besluiten we om toch maar te gaan slapen. Om morgen toch nog enigszins uitgerust de laatste 5 kilometer af te leggen, want dat is de afstand tussen de uitgang van het complex tot aan de rand van het oude centrum van Santiago.

 

Eén gedachte over “Santiago in zicht en dan ….

  1. Ja Rene aan alle leuke dingen komt een eind, aan alle onplezierige trouwens ook.
    Maar dat is minder erg. En eigenlijk weet je vanaf de eerste stap die je gaat zetten dat je een keer in Santiago voor de kathedraal staat. Elke stap een stapje dichterbij het einde van je pelgrimsreis. Maar jij bent ook degene die tegen mij zei, het gaat erom wat je ermee doet als de reis ten einde is. Daar ben ik wel benieuwd naar.
    Kus Annelies

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *